Geen kruis voor Jehova Getuigen

Geen kruis voor Jehova Getuigen. U zult woorden als kruis, kruist, kruising, kruisig, gekruisigd niet tegenkomen in de eigen “bijbel” van de Jehovah’s Getuigen (JG), de Nieuwe Wereldvertaling (NWT), uitgegeven door het wachttorengenootschap (WTG). Ze zijn allergisch voor dit woord en doen er alles aan om dit wereldwijd bekende woord – en de betekenis ervan – kwijt te raken. Het onderwerp “kruis” komt regelmatig aan de orde tijdens discussies met Jehovah’s Getuigen die langs de deur gaan. Dat ontaardt dan in een oeverloos gezeur over o.a. de vertaling van het Griekse woord “stauros”. Dat zou volgens de JG niet met “kruis” vertaald moeten worden, maar met “paal” of “staak”. Uiteraard is hun conclusie niet terecht.

Wat is het doel van de vervanging van kruis door martelpaal?

Zoals bij heel veel bekende begrippen die niet meer in de NWT voorkomen (denk o.a. aan genade, bekering, in Christus, door Christus) is ook nu weer de vraag waar toch die ziekelijke fascinatie vandaan komt om belangrijke begrippen weg te redeneren uit de Bijbel? Wat is het achterliggende doel van de vervanging van “kruis” door “martelpaal”? Kort gezegd: waar het kruis voor staat, past niet in de leer en de prediking van de Jehovah’s Getuigen. Dat wil ik graag laten zien. Wat leert het WTG leert over dit onderwerp? Dat is teveel om compleet hier in op te nemen. En dus verwijs ik naar een paar artikelen op de website van de JG. Te beginnen bij:

Is Jezus aan een kruis gestorven? 

Bij deze vraag gaat het om de technische kant van het verhaal. Stierf Jezus aan een kruis ja of nee? Het artikel op de website haalt ineens allerlei figuren aan die het gelijk van de JG moeten bewijzen dat Jezus niet aan het kruis stierf, maar aan een rechtopstaande houten paal. Zelfs The Catholic Encyclopedia wordt aangehaald, terwijl men altijd afgeeft op deze grote religieuze organisatie.

Stauros onterecht vertaald door het wachttorengenootschap met “martelpaal”

In hun redenatie blijkt dat het WTG het Griekse “stauros” vertaald heeft met “martelpaal”. Dat is een vreemde keuze, want zoals ze zelf aangeven wordt “stauros” vertaald met “paal” of “staak”. Er zomaar “martelpaal” van maken is dan een toevoeging op basis van eigen interpretatie. Dat kan eventueel in een uitleg gebeuren, maar nu staat het ook in hun “bijbel”. Daarmee lijkt het of dit woord “martelpaal” altijd in de grondtekst gestaan heeft, wat dus zeker niet het geval is. Daarmee doet men in feite hetzelfde als wat men zegt van de vertalers die “stauros” met “kruis” vertalen. Men interpreteert wat het moet zijn. Daar heb ik op zich geen probleem mee, alleen moet die interpretatie dan wel kloppen. Alle bijbelvertalers interpreteerden dit woord als zijnde het Latijnse “crux”. Het WTG heeft daar geen boodschap aan en maakt er iets anders van.

Hun vertaling met “martelpaal” is om nog een reden fout, omdat het niet om een martelpaal in de juiste betekenis van dat woord ging. Het was een middel om iemand ter dood te brengen, wat uiteraard een martelgang was, maar het was niet primair bedoeld om iemand te martelen. Daar zit enig verschil in. In het laatste geval kan de gemartelde het overleven. In het eerste geval niet.

Het Griekse Stauros is de vertaling van het Latijnse crux

Wikipedia heeft ook het e.e.a. over het kruis (4 soorten) te vertellen. In ieder geval is het zo dat Jezus door de Romeinen geëxecuteerd werd volgens de toen in gebruik zijnde gewoonten. Het T-kruis maakte daar in ieder geval onderdeel van uit. De taal die daarbij hoort – en dus ook de aanduiding van het executiemiddel – is Latijn en daarom hanteerden de Romeinen het woord “crux”, dat wij weer vertalen met “kruis”. Maar het Nieuwe Testament (NT) is geschreven in het Grieks en de schrijvers in die taal hadden kennelijk niet één-op-één een woord voor “crux”. Dat werd “stauros”, wellicht omdat het over een voorwerp van hout gaat. Dat zou dan weer vertaald moeten worden met “paal”, volgens de vertalers uit het Grieks naar onze talen. Zo ontstaat nogal een vreemde vertaalomweg, die helemaal niet nodig is.

Beter is het dus om direct het Latijnse woord over te zetten in onze talen en dat hebben alle bijbelvertalers ook gedaan. Daarom is er geen enkele discussie over het woord “kruis” als vertaling van het woord crux, dat gebruikt wordt bij de beschrijving van de executie van Jezus van Nazareth. Dat blijkt ook wat op de JG-website staat: „Zelfs onder de Romeinen schijnt de crux (Latijn, waarvan ons woord kruis is afgeleid) van oorsprong een rechtopstaande paal te zijn geweest” (The Imperial Bible-Dictionary). Hiermee geven ze zelf ook aan dat “kruis” van het Latijnse “crux” komt. Uiteraard met de toevoeging dat het een rechtopstaande paal geweest moet zijn, maar het gaat mij er om dat het dus bekend is waar het woord vandaan komt. Die hele omweg met “stauros” is helemaal niet nodig!

Een houten paal en een dwarsbalk worden tot een kruis

Geen kruis voor Jehova Getuigen
Detail van tekening uit “Pay Attention to Daniel’s Prophecy!” blz. 237.

Op basis van wat bekend is van de Romeinen uit die tijd wordt aangenomen (ik was er zelf niet bij…) dat Jezus (en later Simon van Cyrene) de dwarsbalk droeg, met gespreide armen. Het hele kruis, dus zowel de rechtopstaande paal als de dwarsbalk, zou te zwaar geweest zijn, wat heel goed voor te stellen is. Aangekomen op Golgotha werd Jezus aan het hout (de dwarsbalk) gespijkerd. Volgens de redenering van het WTG moet dat met één nagel door twee handen (op hun tekening) wordt de ene nagel onder de polsen weergegeven; zie plaatje links), maar volgens Johannes 20 ging het om minstens twee grote spijkers:

De andere discipelen dan zeiden tot hem: Wij hebben den Heere (“Kurios” in het Grieks) gezien. Doch hij zeide tot hen: Indien ik in Zijn handen niet zie het teken der nagelen, en mijn vinger steke in het teken der nagelen, en steke mijn hand in Zijn zijde, ik zal geenszins geloven.

“Nagelen” in het meervoud

Ook uit de grondtekst blijkt dat het “nagelen” (“nails”) in het meervoud staat. Uiteraard probeert het WTG twijfel te zaaien door te stellen dat het precieze aantal nagelen niet genoemd wordt en dat het meervoud ook kan slaan op het totaal van nagelen in handen en voeten. Ik vind het een vergezocht argument en houdt mij vast aan de bekende kruising, waarbij in elke hand één nagel geslagen was. Overigens spreekt de Bijbel alleen over nagelen in de handen en niet over een nagel door beide voeten of twee nagelen in elke voet één. De JG nemen aan dat het gaat om één nagel door beide voeten, maar dat is een conclusie die waar of niet waar kan zijn.

Geen kruis voor Jehova GetuigenDe dwarsbalk waaraan Jezus werd genageld werd of was al vastgemaakt aan de paal of staak (“stipes” in het Latijn) die al op de terechtstellingsplaats aanwezig was. Daarna werd alles overeind gezet. Wat men daarna zag was het T-vormig (Tau-kruis). Door 2 balken met elkaar te verbinden ontstond het kruis. Het staat bekend als het klassieke kruis of Latijns kruis.

Hoewel er nog andere kruisvormen worden genoemd als mogelijkheid, bijvoorbeeld het vierarmig kruis (crux immissa) heb ik geen enkele moeite met het klassieke kruis, waaraan Jezus t.b.v. de wereld intens geleden heeft en gestorven is. Bij deze vorm (ook bij het vierarmig kruis) kon het bord (titulus), met daarop de “misdaad” in drie talen: Hebreeuws, Grieks en Latijn, boven het hoofd van de veroordeelde bevestigd worden. Dat kon ook bij het crux immissa. Bij de versie van de JG, de enkele paal, zou het bord boven de handen geplaatst moeten worden; een stuk hoger dus. Matthéüs 27 : 37 zegt het zo:

En zij stelden boven Zijn hoofd Zijn beschuldiging geschreven: DEZE IS JEZUS, DE KONING DER JODEN. Geen kruis voor Jehova Getuigen

Ja, Jezus is aan het kruis gestorven!

Het is een detail, niet doorslaggevend, we hebben geen foto’s…, maar ook niet om zomaar te vergeten. Op de vraag “Is Jezus aan het kruis gestorven?” is wat mij betreft het antwoord volmondig ja. Temeer omdat dit ook in overeenstemming is met waar het kruis voor staat. Zoals gewoonlijk hebben de JG daar weer allerlei afgoderij van gemaakt en daarmee hebben ze de oorspronkelijke betekenis volledig weg verklaard en dat is jammer. Ze richten zich daarbij alleen op de voorbeelden die hen goed uitkomen en de voorbeelden waaruit blijkt dat het kruis van oudsher al met het leven te maken heeft (bijvoorbeeld de Egyptische levenssleutel “Ankh” of het Keltisch kruis), “vergeet” men in de opsomming. Met dit soort uitspraken geeft men een negatieve lading aan iets wat absoluut in basis positief is, wat er her en der ook allemaal van gemaakt is. Het WTG zegt daarover:

Hoe zal Jehovah dan denken over het gebruik van het kruis, dat, zoals wij gezien hebben, in de oudheid als een symbool bij de fallusaanbidding werd gebruikt?

Het lijkt mij – en dat is heel goed te onderbouwen – dat een “rechtopstaande paal” veel meer het symbool van een fallus is. Overigens is dat een heel mooi beeld, want fallus (staf, stok of roede) spreekt over leven. Een symbool aanbidden is nooit de bedoeling, een fallus symbool ook niet. Maar het beeld zelf spreekt over leven. Het oude Egyptisch kruis en het Keltisch kruis spreken over eeuwig leven. Het zijn daar beelden (plaatjes) van. Niet om te aanbidden, maar om van te leren; om wat het zegt te onthouden. Wij kijken toch ook “plaatjes” om iets van te leren en ter herinnering? Die aanbidden we toch niet? De JG komen helaas niet verder dan voorbeelden waarbij de “plaatjes” voor valse aanbidding werden gebruikt. Dat is een zeer beperkte blik en doet onrecht aan het gehele onderwerp.

Typologie van het kruis en de gekruisigde

Aan de typologie van het kruis (beschrijving via kenmerken) komen de JG al helemaal niet toe. En ook dat is heel jammer, want dan mist men bijvoorbeeld de betekenis van de laatste letter van het Hebreeuwse alfabet: “Thaf” of “Taw” (betekent “kruis” of “teken”) en als kruis werd deze letter in diverse talen zo geschreven. Het is een letter met de getalswaarde 400, dat staat voor o.a. de zichtbare aardse wereld. Een kruis heeft vier uiteinden. De 4 staat in het Hebreeuws voor de stoffelijke, de vergankelijke dingen. De 5 staat voor “genade”, een woord dat de JG niet meer kennen. Het staat voor wat blijft, dat wat van een andere orde is. Aan het kruis, aan de 4, aan het “hout (beeld van vergankelijkheid) van vervloeking”, want Paulus zegt in Galaten 3:

Christus heeft ons verlost van den vloek der wet, een vloek geworden zijnde voor ons; want er is geschreven: Vervloekt is een ieder, die aan het hout hangt.

Aan die 4 wordt de Ene toegevoegd en daarmee ontstaat de “5”, de genade. Daarmee wordt het vergankelijke omgezet in het onvergankelijke, in het eeuwige. Vergankelijk leven wordt onvergankelijk leven. En daarvan zijn meer voorbeelden (typologieën) in de Bijbel te vinden.

Het is hier niet de plaats om uitgebreid op typologie in te gaan of de betekenis van Hebreeuwse letters te bespreken, maar ik haal het aan om te laten zien dat er veel meer achter zit dan het WTG leert aan haar volgelingen. Als ze werkelijk de “getrouwe en beleidvolle slaaf, die terechtertijd voedsel uitdeelt” zou zijn, dan had men dit soort dingen geweten en doorverteld. Maar men weet het niet en heeft er geen enkel notie van. In plaats daarvan ontwikkelt men een eigen leer, met zeer beperkte inzichten. Vervolgens moet men van alles aanpassen aan de bijbel om die leer maar vol te kunnen houden. Onder andere dus aan het begrip kruis. Het vreemde “martelpaal” komt daarvoor in de plaats en met het verdwijnen van het woord “kruis” is alle begrip van wat daar achter steekt verloren gegaan.

Het kruis en de tabernakel

Geen kruis voor Jehova GetuigenBijvoorbeeld dit over kruis en tabernakel. Hoe de attributen in de tabernakel opgesteld stonden, vormt vanuit een bepaald gezichtspunt een kruis. Gezien vanuit de dienst van de hogepriester, zag hij bij het binnengaan, op weg naar de ark, eerst het altaar (oosten) en daarna het wasvat. Vervolgens ging hij de tent der samenkomst in. Daar stond het reukofferaltaar. Links daarvan stond de kandelaar (zuiden). En in het noorden de tafel der toonbroden. Tot slot de ark, achter het voorhangsel.

Aan het kruis is het loon voor de zonde betaald

Waar het kruis voor staat, past niet in de leer en de prediking van de Jehovah’s Getuigen. Dat is dus wat mij betreft het antwoord op de vraag waarom het WTG dat kruis zo hartgrondig bestrijdt. Het kruis staat voor leven. De ten dode opgeschreven mens zou zijn zonden belijden (erkennen dat hij een zondaar is; iemand die het doel mist) en zich bekeren. Hij zou “tot het kruis gaan”. Daar is het loon voor de zonde van de gehele mensheid betaald. “Het is volbracht”, waren de laatste woorden van de Here Jezus. Hij doelde op wat hij moest doen als de juridische Losser van de menselijke familie. Dit is dé boodschap van evangelisten.

Via het kruis tot onvergankelijk leven

Via het kruis én de opstanding wordt de aardse mens in staat gesteld om tot nieuw en overgankelijk leven te komen, als onderdeel van de Nieuwe Schepping. De gekruisigde en opgestane Here Jezus Christus is alléén de Middelaar tussen God en alle mensen. Niet iedereen maakt er gebruik van (komt tot geloof in Hem) maar het is wel beschikbaar. Maar alléén door Hem. Hij is uitermate verhoogd en gesteld tot hoogste Naam boven alle naam. Alléén tot Hem kunnen wij gaan. Hij heeft eeuwig leven voor ons mogelijk gemaakt door Zijn lijdensweg via vernedering, uitgedrukt in de dood aan het kruis, op de derde dag gevolgd door Zijn opstanding en aanstelling tot Christus (Handelingen 4) en Koning van het Koninkrijk dat toen in de hemel begon.

U begrijpt dat dit alles niet de boodschap is van de Jehovah’s Getuigen. Ze gebruiken wel elementen uit de boodschap, maar in de praktijk roept men niet op tot bekering en roept men niet op tot geloof in Hem alléén. In de praktijk roept men op tot geloof (= trouw) in het wachttorengenootschap. Men wil doen laten denken dat het geloof in God is, maar de feiten spreken een andere taal. Wie eeuwig leven wil zal zich moeten onderwerpen aan het WTG en dat zelfs constant. Want vreemd genoeg kan men bij de JG het “eeuwige leven” weer kwijt raken.

Geen kruis voor Jehova Getuigen is onderdeel van een leerstellig zooitje

Het wordt dus een leerstellig zooitje als je niet weet waar de Schrift over spreekt. Het WTG is de echte gedachte waar het om gaat al lang kwijt. Men is bezig met allerlei randverschijnselen, die helemaal niet nodig zijn. In de Bijbel wordt namelijk niet gezegd dat christenen het kruis moeten aanbidden. Daarover hoeft men het niet eens te hebben. Antwoord geven op de volgende vragen is helemaal niet nodig: Waarom gebruiken Jehovah’s Getuigen bij hun aanbidding niet het kruis? of: Horen christenen bij hun aanbidding het kruis te gebruiken? Maar daarover debatteren JG graag en waarschijnlijk gebruiken ze daarbij hun “Redenerenboekje”, omdat een JG nu eenmaal geprogrammeerd is om te vertellen wat het WTG wil. Lees alvast wat daarin staat bij het onderwerp “kruis”, zodat u weet waar het naar toe gaat.

Russel had het kruis, Rutherford de martelpaal

Op de website jwfacts.com staat een ruim artikel over dit onderwerp, met als titel: “Did Jesus Die on a Cross or Stake?”. Waar onder andere uit blijkt dat onder Russel het kruis wel degelijk een belangrijke plaats innam. Onder het bewind van Rutherford, de echte oprichter van de huidige organisatie van Jehovah’s Getuigen, kwam de verandering naar “martelpaal”. Als Russel nu nog lid geweest zou zijn van de organisatie, zou hij op basis van zijn geloof in het kruis, i.p.v. de “martelpaal”, uitgesloten worden…

Vorm alstublieft uw eigen mening over het begrip kruis in plaats van mee te gaan in de dwaalleer van de Jehovah’s Getuigen, waarbij “kruis” vervangen is door “martelpaal”.


Geen kruis voor Jehova Getuigen

Geen kruis voor Jehova Getuigen

7 Reacties

  1. J D Mansur 15/01/2023
  2. Pingback: VALSE christenen red dragon 7 koppen hoer babylon illuminatie wereldorde en de valse profeet – HOE kan ik voor altijd leven 25/02/2020
  3. De Buck 28/01/2019
  4. Dick Gijzen 03/12/2018
  5. Frits van Pelt 01/04/2018
  6. Jim CoertJackOgtrop 08/01/2018
  7. Japie pultrum 30/12/2017
  8. Imelda 26/11/2016

Reply Cancel Reply

Translate »